Skip to Content
Terug naar het overzicht

Een rolstoel hoeft geen obstakel te zijn voor een kinderwens, maar vroeger leek men daar anders mee om te gaan. Is het ouderschap nu echt problematischer als roller dan als niet roller?

Keuzes

Als Sandy en haar echtgenoot van tevoren had geweten dat zij in deze mate ziek zou worden, hadden ze hoogstwaarschijnlijk een andere beslissing genomen op het gebied van ouderschap.
Sandy: "Ondanks dat we met de wetenschap van nu een andere keuze hadden gemaakt, ben ik blij dat we dat destijds nog niet wisten. Anders hadden we onze prachtige zoon nu niet gehad. We zouden hem voor geen goud willen missen!"

Nanette: "Met de beperking die ik heb, wil ik absoluut geen kinderen. Een zwangerschap kan met de aandoening die ik heb enorm grote gevolgen hebben voor mijn lijf. Ik zou bekkeninstabiliteit kunnen krijgen, maar in het slechtste geval zou mijn baarmoeder zelfs kunnen scheuren. Daarom heb ik besloten dat het krijgen van een kindje voor mij geen optie is."

“Ik heb geen kinderwens, maar dat staat volledig los van mijn beperking.”

Astrid: "Mijn beperking staat het krijgen van kinderen niet in de weg. Ik heb al vier kinderen, maar ik zou op jongere leeftijd mijn wens niet laten gaan vanwege de beperking. Maar als ik jaren terug al met deze beperking had geleefd, zou er zeker een kans bestaan dat ik niet voor vier kinderen had gekozen. Dat heeft meer te maken met de fysieke belasting die een zwangerschap met zich meebrengt. Naast deze beperking zou dat enorm zwaar voor me zijn."

Brigitte en haar echtgenoot hebben geen kinderen. Inmiddels vierentwintig jaar geleden hebben zij deze moeilijke beslissing samen genomen. De zorg was in die tijd heel anders. Er werd niet actief meegedacht, maar meer benadrukt wat niet mogelijk was.
Brigitte: "De kinderwens was absoluut aanwezig. Door mijn beperking hebben wij de keuze gemaakt om geen ouders te worden. Met de wetenschap van nu had ik misschien een andere keus gemaakt. Dat vind ik nog steeds moeilijk. Het is niet mijn schuld, maar zo voelde het wel."

“Er is een tijd geweest dat ik dacht dat ik nooit moeder zou worden.”

Daniël: "Ik heb geen kinderwens, maar dat staat volledig los van mijn beperking. Dat wil niet zeggen dat ik nooit vader zal worden. Ik weet niet wat de toekomst mij brengt. Vroeger had ik namelijk wel een duidelijke kinderwens. Misschien kom ik in de toekomst wel iemand tegen die al kinderen heeft. Dat is voor mij en mijn beperking zeker geen no-go."

Ellie en haar vriend hebben geen kinderwens. Het zou een te gote impact op haar leven hebben, omdat zowel zij als haar vriend beiden een beperking hebben.
Ellie: "Ik vind het ergens wel jammer, maar het zou onze relatie niet ten goede komen. Daarbij is het leven dat wij nu samen leiden compleet genoeg voor mij. In het verleden voelde het als een oneerlijke keuze. Ik zou kunnen werken en leuke dingen kunnen doen. Of ik zou moeder worden en zou daarnaast geen energie over hebben. Doordat ik vanwege mijn beperking snel overprikkeld raak, moet ik rusten wanneer het nodig is. De zorg voor een kindje kun je niet continu op pauze zetten, omdat je overprikkeld raakt en rust nodig hebt."

Beperking

Sandy: "Voor mijn zwangerschap was ik nog niet zo ziek als ik nu ben en daarmee was ik toen veel minder beperkt. Mijn man heeft ook een medische indicatie waardoor hij in een bepaald opzicht beperkt is.

“De kans dat ik mijn erfelijke bindweefselaandoening doorgeef aan mijn kind, is aanwezig. Dat zou ik niemand willen aandoen.”

Priscilla: "Er is een tijd geweest dat ik dacht dat ik nooit moeder zou worden. De biologische klok begon al te tikken, toen ik onverwacht ziek werd en een beperking kreeg. In die periode ontmoette ik de liefde van mijn leven. Het was een moeilijke tijd waarin wij onze gezamenlijke kinderwens on hold moesten zetten."

Erfelijkheid

Voor de één is de beperking geen probleem, terwijl de ander ervoor kiest om in deze situatie geen kind op te voeden. Het kan ook nog zijn dat er sprake is van erfelijkheid van een ziekte of beperking, waardoor men de keuze maakt (of moet maken) om de kinderwens te staken.

Nanette: "De kans dat ik mijn erfelijke bindweefselaandoening doorgeef aan mijn kind, is aanwezig. De mate waarin het mij beperkt is zo groot. Ik ben continu in gevecht met mijn lijf, de pijn, het onbegrip en tegen de artsen. Dat zou ik niemand willen aandoen."

“Inmiddels heb ik er wel berusting in, maar dat wil niet zeggen dat ik er geen verdriet om heb.”

Sandy: "We zijn ontzettend dankbaar voor onze zoon en kunnen ons geen leven zonder hem voorstellen. Het klinkt niet leuk, maar als ik eerder had geweten dat ik deze erfelijke bindweefselaandoening heb, zou ik er niet voor kiezen om zwanger te worden. De klachten die ik hierdoor ervaar, wens ik niemand toe. Zeker mijn eigen kind niet."

Zwangerschap

Ondanks dat Ellie geen kinderwens heeft, is ze wel benieuwd hoe het voelt om zwanger te zijn. Soms denkt ze eraan hoe het zou kunnen zijn. Ellie: "Inmiddels heb ik er wel berusting in, maar dat wil niet zeggen dat ik er geen verdriet om heb. Fysiek gezien zou het desastreus zijn voor mijn banden en bekken.

Sandy: "Ik heb geluk gehad dat mijn ziekte zich na mijn zwangerschap pas verder heeft ontwikkeld. Op dit moment zou ik geen baby kunnen verzorgen, zelfs niet als ik het heel graag zou willen."

“Ik vind kinderen leuk! Ze zijn fantastisch, maar veel te druk voor mij.”

Priscilla: "Ik heb tot op heden geen moment spijt gehad van mijn zwangerschap. Het moederschap is zo belangrijk voor mij! Voor mijn gevoel was ik als kind al een echte mama."

Kinderen van een ander

Brigitte heeft veel kunnen genieten van de kinderen in haar omgeving. De kids van haar vriendinnen reden met haar mee op de scootmobiel.
Brigitte: "Een zoon van een vriendin zat bij mij op schoot in de rolstoel toen hij vier jaar oud was. Inmiddels hoor ik van hem en de andere volwassen geworden kinderen van vriendinnen dat ze het te gek vonden. Ik heb veel leuke herinneringen aan die momenten met hen."

Daniël: "Voor mijn neefjes en nichtjes ben ik gewoon Daniël. Ze maken geen probleem van mijn rolstoel en zien dat het bij mij hoort. Soms willen ze er rondjes in rijden, dat is alleen maar leuk."

“Ik denk dat het vooral belangrijk is om samen te werken en te denken in oplossingen.”

Ellie: "Ik vind kinderen wel even leuk, maar ben altijd blij als bezoek met kinderen weer naar huis toe gaat, omdat het mij te druk is."

Zorg

Nanette: "Door mijn ziektebeeld ben ik erg afhankelijk van mantelzorg. Zolang ik niet voor mijzelf kan zorgen, kan ik er voor mijn gevoel ook niet zijn voor een kindje. Daardoor is ook de optie tot adoptie of pleegzorg geen mogelijkheid voor mij. Ik ben blij met mijn honden- en kattenkinderen. Het is goed zo."

Daniël: "Mijn beperking staat het zorgen voor een kind niet in de weg. Ik denk dat het vooral belangrijk is om samen te werken en te denken in oplossingen. Je kunt rekening houden met wat de ander niet kan. Ik kan dan wel niet voetballen, maar ik zou een kind mentaal heel goed kunnen ondersteunen en helpen in zijn of haar persoonlijke ontwikkeling. Het mooie aan het leven met een beperking is dat je altijd een plan B, C en D hebt klaarliggen."

“Mijn partner weet dat hij vaker zal moeten bijspringen en ik heb mijn beeld betreffende het ouderschap enorm moeten aanpassen.”

Priscilla is momenteel hoogzwanger. Ze heeft een zware tijd achter de rug, waarin ze erachter kwam dat helemaal beter worden er op korte termijn niet inzit. Desondanks verheugt ze zich ontzettend op het toekomstige ouderschap.

Priscilla: "Ondanks de wetenschap dat ik fysiek misschien minder kan dan een ouder zonder beperking, gaan mijn man en ik er samen volledig voor. We maken goede afspraken over de zorg van ons kindje. Mijn partner weet dat hij vaker zal moeten bijspringen en ik heb mijn beeld betreffende het ouderschap enorm moeten aanpassen. Mijn toekomstbeeld aanpassen heb ik inmiddels al zo vaak gedaan, dat is inherent aan het leven met een beperking."

Astrid: "Toen ik mijn beperking kreeg, had ik al vier kinderen, waarvan de oudste vijftien jaar was. Mijn kinderen waren destijds al oud genoeg om zichzelf te kunnen redden als ik een mindere dag had en daardoor minder kon zorgen. Dat maakte het makkelijker. Zij hielpen mij zelfs met dingen die ik niet meer kon."

“Door de beperking van mijn vriend zou de zorg meer op mijn schouders terecht komen.”

Brigitte: "Ik was zo beperkt toen ik de keuze maakte geen moeder te worden. Niet wetende waar het naartoe ging met mijn gezondheid was dit de beste maar zwaarste keus. Als wij onze wens alsnog hadden doorgezet, zou ik te veel zorg voor het kind uit handen hebben moeten geven. Dat was niet mijn beeld van het gezin waarvan ik droomde. Alle zorg uit handen geven is voor mij geen moeder zijn."

Ellie: "Door de beperking van mijn vriend zou de zorg meer op mijn schouders terecht komen. Zelf zou ik wel een kind kunnen verzorgen, maar ik zou mezelf daarmee tekort doen. Door mijn beperking heb ik vaker rust nodig en vooral ook mijn nachtrust. Als ik door het huilen van een baby niet toekom aan mijn nachtrust, dan ben ik overdag kapot en zou dat mijn gezondheid ook niet ten goede komen."


0 mensen hebben gereageerd

Alles over rollen

Zoeken
Back to top