Skip to Content
Terug naar het overzicht

Anderhalf jaar geleden besloten mijn man en ik het roer om te gooien. Wij gingen van een “normale” monogame relatie naar een polyamoreuze relatie. Maar wat is dat precies? Hoe gaat dat nu in het dagelijks leven? En hoe zit dat dan als je roller bent? In het kader van Valentijnsdag vertel ik in dit artikel over mijn ervaringen met beide. Ik ben roller en ik heb een polyamoreuze relatie. Of zoals ik het zelf graag noem: ik ben roly-poly.

Even voorstellen

Mijn naam is Dieuwertje, ik ben 26 jaar en sinds een half jaar roller. Ik ben al tien jaar samen met mijn man Sander, waarvan we nu drie jaar gelukkig getrouwd zijn. Naast mijn man Sander heb ik ook een vriend, Aarnout, toevallig Sanders beste vriend. Aarnout en ik zijn nu ruim een jaar samen, maar we waren daarvoor al bevriend. Sander heeft op dit moment alleen met mij een relatie. Zo hebben wij samen onze polygroep, of polycule*.

Ik woon nog steeds bij Sander en ben daar ook het grootste deel van de week. Meestal ben ik twee à drie dagen in de week bij Aarnout. Soms spendeer ik wat meer tijd daar en soms wat meer thuis; dat wisselt. Op deze manier hebben we het prima geregeld en er is voor beide huishoudens genoeg aandacht en liefde.

* Polycule is afgeleid van het Engelse woord molecule. Als je elke persoon neerzet als een bolletje en verbindt met draadjes, dan krijg je een soort molecuulachtige tekening.

Wankel huwelijk

Sander en ik zijn inmiddels enorm gelukkig samen, maar dat is niet altijd zo geweest. Vijf jaar geleden was onze relatie onstabiel. We waren beiden ongelukkig in onze relatie en ons seksleven was ronduit niet bestaand. In een laatste poging mijn relatie te redden heb ik een huwelijksaanzoek gedaan. Hierop heeft Sander tot mijn stomme verbazing – en zijn eigen – ja gezegd. En zo begonnen we een bruiloft te plannen. Dit gaf ons iets om naar uit te kijken en onze relatie verliep wat soepeler. Helaas gaf het geen aandacht aan de onderliggende problemen, en dus staken die een jaar na onze bruiloft opnieuw de kop op.

“Sander en ik zijn inmiddels enorm gelukkig samen, maar dat is niet altijd zo geweest.”

Dit keer waren Sander en ik een stuk meer gegroeid en konden we de onderliggende problemen beter bespreken. Toen we op dat punt kwamen, sloeg de pandemie toe. Sander kwam 24/7 thuis te zitten, omdat hij vanuit huis ging werken. Ik werkte niet, omdat ik achteraf gezien te ziek was, maar werd gillend gek, omdat ons huis niet heel groot is en ik gesteld ben op mijn eigen ruimte. Toen ik mijn frustratie onder het genot van een kopje koffie bij Aarnout neerlegde, stelde hij voor dat ik overdag daarheen zou komen. Hij zat namelijk al een half jaar thuis met een burn-out.

Zo gezegd, zo gedaan. Op werkdagen ging ik ‘s ochtends naar Aarnout om daar mijn dag door te brengen. Aarnout en ik werden steeds hechter en na ongeveer een maand betrapte ik mezelf erop dat ik verliefd was, wat natuurlijk niet helemaal de bedoeling was.

Uiteengetrokken hart

Langzaam maar zeker kwam ik er achter dat mijn verliefdheid toch echt niet weg ging. En dus deed ik, niet zo voorzichtig, het voorstel aan Sander om onze relatie open te gooien. De eerste vier keer heb ik dat gesprek grondig verknald. Ik vertelde Sander dat ik ongelukkig was en dat hij eigenlijk niet meer genoeg voor mij was. Dit leidde tot de nodige ruzies, discussies en pijn, en ondertussen veranderde er niets. Zo kwakkelden we verder en ik deelde mijn pijn met mijn beste vriendin.

“Ik hield nog steeds van Sander en wilde absoluut niet bij hem weg, maar ik hield ook van Aarnout en wilde niet kiezen.”

Toen ik haar na weer een ruzie met Sander vertelde dat ik verliefd was op Aarnout, zei ze dat het dan misschien beter was om weg te gaan bij Sander. Deze opmerking stootte mij volledig tegen het verkeerde been. Ik hield nog steeds van Sander en wilde absoluut niet bij hem weg, maar ik hield ook van Aarnout en wilde niet kiezen. Het voelde alsof er van twee kanten aan mijn hart getrokken werd. De maat was voor mij vol. Ik heb een A4’tje volgeschreven over hoe ik me voelde. Ook heb ik alle redenen benoemd waarom ik niet bij Sander weg wilde, maar ook niet zo verder kon. Dit ging op de mail naar Sander en de volgende dag hebben we heel lang gepraat. Conclusie: een open relatie was mogelijk, maar wel binnen zekere regels. Zo gingen we stap voor stap naar een open relatie.

v.l.n.r. Sander, Dieuwertje, Aarnout [foto: Dieuwertje Teunissen]

v.l.n.r. Sander, Dieuwertje, Aarnout [foto: Dieuwertje Teunissen]

Klinkerweg

Natuurlijk ging niet alles meteen goed. Sander en ik moesten van alles bespreken. Niet alleen met elkaar, maar ook met Aarnout. Want hoe zat dat met bijvoorbeeld soa’s? Wat spraken we af als ik onverhoopt toch zwanger zou raken? En wat wilden we onze omgeving vertellen? De weg was niet bepaald makkelijk. Het was een soort klinkerweg, die al vier jaar niet onderhouden was. Elke hobbel was een nieuw gesprek. Alle partijen moesten overal in toestemmen, anders was de volgende stap uitgesloten.

We kwamen er meer en meer achter dat het niet alleen om de seks ging, maar ook om de sensuele en emotionele aspecten. Zo ging onze open relatie steeds meer richting polyamorie: het hebben van meerdere liefdesrelaties op een verantwoorde manier. Sander begon ook met daten en heeft twee keer een relatie gehad, maar helaas gingen beide relaties na korte tijd weer uit.

“Het ging ons niet alleen om de seks, maar ook om de sensuele en emotionele aspecten. Zo ging onze open relatie richting polyamorie.”

Inmiddels zijn we anderhalf jaar verder en dolgelukkig met elkaar. Sander en Aarnout gaan meer met elkaar om en zijn nog hechter dan eerst. En ik? Ik prijs mezelf de gelukkigste vrouw op aarde met twee lieve partners!

Van lopen naar rollen

Toen Aarnout en ik een paar maanden samen waren, kwam ik er steeds meer achter dat ik minder en minder energie kreeg. Toen we ontdekten dat ik chronisch ziek ben en waarschijnlijk niet zal verbeteren, heb ik besloten dat een rolstoel voor mij een passend hulpmiddel zou zijn. In de tijd dat ik een leenrolstoel had, zijn beide mannen vaak met mij meegelopen, zodat ik niet alles zelf hoefde te rollen. Aarnout woont verderop in de wijk, wat het wel een stuk makkelijker maakte. Gelukkig heb ik sinds november mijn eigen rolstoel en kan ik alles weer zelf doen.

Mijn beperkte energie houdt wel in dat ik verplicht ben om op mijn grenzen te letten. Omdat mij dat zelf niet altijd even goed lukt, heb ik twee lieve partners die mij daarbij helpen. Verder date ikzelf niet en dus krijg ik niet zo te maken met rolstoel-discriminatie. Van andere roly-poly’s heb ik begrepen dat het niet echt een issue is binnen de polyamorie. Als mensen alleen de rolstoel zien en niet verder kijken, dan is dat dus geen geschikt relatiemateriaal. Maar meer hier over in een volgend artikel.

“Mijn beperkte energie houdt wel in dat ik verplicht ben om op mijn grenzen te letten.”

Vooroordelen

Helaas kom je nog best veel vooroordelen tegen, als je vertelt dat je een polyamoreuze relatie hebt. Voeg daar nog de vooroordelen van een rolstoel aan toe en je krijgt heel interessant gesprek. De meest gestelde vraag die ik krijg, is: “Maar heb je dan met beide mannen seks?” Mijn antwoord daarop is altijd vrij gecompliceerd. Want ja, seks is met beide mannen een optie. Maar Sander en ik hebben op dit moment geen seks, omdat we hebben ontdekt dat we op dat gebied nu niet compatibel zijn. Dat betekent niet dat dit nooit meer terug komt, maar op dit moment is het gewoon niet aan de orde. Bovendien zit ik met mijn chronische ziekte aan een harde limiet van wat ik kan. Met twee relaties een seksleven onderhouden, is nu (nog) niet mogelijk. Natuurlijk hopen we dat dit weer terug komt, maar voor nu zijn wij op deze manier gelukkig.

Een betere vraag zou daarom zijn: “Ben je gelukkig met je beide mannen?” Op die vraag antwoord ik natuurlijk volmondig “ja!”. Ik zou me dan ook geen andere relatievorm meer wensen.


0 mensen hebben gereageerd

Alles over rollen

Zoeken
Back to top